Slaapapneu is een aandoening die vrij veel voorkomt en de laatste tijd meer en meer in de belangstelling komt. Het is een ernstige, niet te onderschatten slaapstoornis, die zowel lichamelijke als psychische problemen kan veroorzaken, zoals dat overigens voor elke slaapstoornis geldt.
Het woord apneu is afkomstig van het Griekse woord apnea en betekent letterlijk ‘zonder adem’. Iemand met een slaapapneu stopt tijdelijk met ademhalen tijdens de slaap. Dat kan een paar seconden zijn maar in uitzonderlijke gevallen soms zelfs wel 2 minuten. Dit kan een paar keer per uur gebeuren maar in ernstige gevallen ook wel tot 60 keer per uur!
Er zijn twee soorten slaapapneu :
- OSAS, obstructief slaap apneu syndroom, waarbij de ademweg wordt geblokkeerd door een verslapping van de spieren in met name tong en de keel; dit is de meest voorkomende vorm, ongeveer 70%. Een variant van de OSAS is de zogenaamde POSAS, positioneel obstructief slaap syndroom, die vooral ontstaat bij slapen op de rug.
- CSAS, centraal slaap apneu syndroom, waarbij de ademstop komt vanuit de hersenen doordat de hersenen de ademhalingsspieren tijdelijk niet goed aansturen.
Ook een combinatie ven beide is mogelijk.
Veel mensen hebben last van slaapapneu, soms ongemerkt
Naar schatting hebben rond de 600.000 mensen een serieuze apneu, waarvan er ongeveer 230.000 worden behandeld. Een groot deel loopt dus rond met klachten en zonder een adequate behandeling en heel mensen zijn zich er niet eens van bewust dat ze lijden aan slaapapneu.
Volgens de definitie is er sprake van een apneu bij langer dan 10 seconden niet ademen in de slaap; gebeurt dit meer dan 5 keer per uur dan is er al een probleem maar gebeurt dit meer dan 15 keer per uur, dan is er echt sprake van een serieuze aandoening.
Apneu komt het meest voor op latere leeftijd (door een verslapping van de spieren), vaker bij mannen dan bij vrouwen, meer bij mensen met overgewicht en meer bij vrouwen tijdens en na de menopauze maar het kan echt bij iedereen voorkomen, zelfs bij jonge kinderen en baby’s.
Er zijn fysieke afwijkingen die de kans op slaapapneu vergroten, zoals een kortere nek, een grotere tong of een onderkaak die wat meer naar achteren ligt. Hoe smaller de overgang tussen de keelholte en de bovenste luchtwegen, des te groter is de kans op apneu.
Hoe kom je slaapapneu op het spoor?
Zelf merk je over het algemeen vrij weinig van je adempauzes (althans terwijl je nog slaapt) maar voor een bedpartner kan dit best beangstigend zijn. Uiteindelijk ga je weer door met ademen omdat je hersens een signaal krijgen dat je zuurstof nodig hebt en dan komt de ademhaling weer op gang. Meestal gebeurt dat met een soort van snurkend geluid met daarbij soms wat spiertrekkingen, dus ook daar is je bedpartner vaak de eerste die dit opmerkt. Vaak word je dan ook even kort wakker uit je diepe slaap en daardoor krijg je ongemerkt een slaaptekort. Aangezien je diepe slaap belangrijk is voor je lichamelijke herstel, zul je daarvan overdag de gevolgen gaan ervaren.
Apneu gaat vaak samen met extreem hard snurken. Het beïnvloedt dus niet alleen je eigen slaapkwaliteit maar zeker ook die van je partner.
Slaapapneu is vaak aanvankelijk niet zo heel makkelijk vast te stellen, zeker ook omdat de klachten zich vaak heel geleidelijk ontwikkelen. Toch zijn er ook in het begin wel signalen waardoor er wel aan gedacht kan worden. De partner is hierbij een belangrijke bron van informatie maar ook als je die niet hebt, kun je wel zelf signalen opvangen, zoals nachtzweten, vaak moeten plassen ’s nachts en een droge mond of hoofdpijn bij het wakker worden.
Overdag zijn er aanvankelijk wat vage klachten, zoals sneller vermoeid, een kort lontje, niet zo lekker voelen, concentratieproblemen, geheugenproblemen, te weinig energie en weinig zin om in actie te komen. Daarnaast zul je sneller overdag de neiging hebben om in slaap te vallen, bijvoorbeeld tijdens het auto rijden of als je een boek zit te lezen. Mensen met een apneu kunnen vaak altijd en overal slapen en worden in de ochtend ook vaak niet uit zichzelf wakker of slapen door de wekker heen.
Als deze klachten langer bestaan, kun je ook ernstigere problemen krijgen zoals frequent hoofdpijn, pijn in de gewrichten, een hoge bloeddruk, hartritmestoornissen of een beklemmend gevoel op de borst, een hoog cholesterol, diabetes en overgewicht. Echt serieuze risico’s dus!
Ook je karakter kan door veranderen door de continue vermoeidheid, dus er kunnen bijvoorbeeld relatieproblemen en andere sociale problemen ontstaan.
Doordat de vermoeidheid en het verlies aan energie de belangrijkste klachten zijn, wordt niet altijd aan slaapapneu gedacht en wordt er nogal eens ten onrechte een diagnose burn-out of overspannen gesteld en wordt daarop ook de behandeling gegeven, bijvoorbeeld met antidepressiva.
Bij verdenking op slaapapneu kan een onderzoek worden gedaan, een zogenaamde polysonografie. Dit vindt plaats in een gespecialiseerd laboratorium, maar soms ook gewoon thuis. Hiermee wordt gemeten hoe vaak de apneus voorkomen per nacht en dus hoe ernstig het is. Mocht je zelf je bedenkingen hebben, dan kun je ook gewoon heel simpel een video- of geluidsopname maken van jezelf terwijl je slaapt, dat geeft vaak ook al aanwijzingen al is het natuurlijk wel minder nauwkeurig.
Wat kun je zelf doen als jij of je partner denkt dat je mogelijk slaapapneu hebt?
Ik kan je een aantal eenvoudige tips geven, waarmee je mogelijk het aantal apneus zou kunnen verminderen en daarmee de kwaliteit van je slaap kunt verbeteren. Soms is dat voldoende maar bij de ernstige problemen, raad ik je aan om specialistische hulp te zoeken.
- Alcohol, slaap- en kalmeermiddelen kunnen slaapapneu verergeren omdat deze een verslappende werking hebben op de spieren in de keel en de mond. Bovendien hebben deze een ongunstige invloed op de kwaliteit van de slaap.
- Vermijd zware maaltijden tot minimaal twee uur voordat je gaat slapen
- Stop met roken, dat is beter voor je ademhaling (en voor heel veel andere aandoeningen ook natuurlijk)
- Als je overgewicht hebt, probeer dan af te vallen. Er is een duidelijke relatie tussen apneu en overgewicht, maar het is wel een kip en ei-verhaal : krijg je overgewicht door het slechte slapen of krijg je apneu door het overgewicht? De relatie is overigens ook niet één-op-één; ook zonder overgewicht kun je zeker apneu’s hebben! Het is echt een misverstand dat dit alleen voorkomt bij overgewicht, maar het is wel zo dat het vaker voorkomt.
- Probeer te slapen op je zij in plaats van op je rug, dit kan het aantal apneus verminderen. Hier komt de aloude truc van de tennisbal in de pyama om de hoek kijken.
- Zorg dat je hoofdeinde iets hoger staat dan je voeteneinde. Hierdoor zou je makkelijker kunnen ademhalen.
- Sommige mensen hebben baat bij het gebruik van een neusspray om de luchtwegen open te houden.
- Een logopedist(e) kan je helpen met oefeningen om de mond- en keelspieren te versterken.
- Verdergaande oplossingen zijn er in de vorm van speciale mondstukken, beugels en maskers en zelfs ademhalingsapparaten. Ik zou je dan wel adviseren om hierbij professionele hulp te zoeken bijvoorbeeld bij een KNO-arts of een speciale slaappoli in het ziekenhuis. Begin met het te bespreken bij je huisarts.
PS: andere tips om goed te slapen vind je op deze blog van Karen van Wijngaarden: “Last van slapeloosheid: tips voor een betere slaap”.
- Herstel na Corona - 15 november 2020
- Slaapproblemen en voeding - 1 november 2020
- Ontspanningsoefeningen om beter te slapen - 30 augustus 2020