Een maand geleden hebben we via een stichting een straathondje uit Athene geadopteerd. Hij kwam in Nederland onder de naam Odysseus. Eenmaal bij ons thuis, doopten we hem om tot Sjakie.
Sjakie
Sjakie is een cockerspaniël en is in Griekenland gebruikt om te fokken. Toen hij zijn taak niet meer goed kon uitvoeren, hebben ze hem op straat gegooid. Hoe lang hij op straat heeft gezworven weten we niet. Ik denk behoorlijk lang, want onze Sjaak was totaal verwilderd.
Sjakie op straat
Sjakie geschoren en gewassen
Na een week bij ons in huis, was ik ervan overtuigd dat ik hem kon corrigeren zonder dat hij me zou bijten. Dat had ik mis; toen Sjakie in huis begon te plassen en ik hem bij zijn halsband pakte om hem uit te gaan laten, beet hij flink hard in mijn onderarm.
De huisarts heeft me een tetanusprik gegeven en schreef me een antibioticakuur voor. Zelf was ik bang voor hondsdolheid. Sjakie kwam tenslotte van de straten uit Griekenland. Gelukkig ben ik gezond gebleven (Sjakie was door de stichting gevaccineerd), maar de kennis die ik heb opgedaan over hondsdolheid, deel ik graag met je.
Wat is hondsdolheid?
Een andere naam voor hondsdolheid is rabiës. Rabiës is een dodelijk virus dat in grote delen van de wereld voorkomt. Het wordt verspreid uit het speeksel van geïnfecteerde dieren. Hondsdolheid wordt meestal overgedragen via een beet, maar kan ook via een krab of lik van een geïnfecteerd dier. Dit kan gebeuren als het dier een open snee op je huid zou likken.
Elk zoogdier kan rabiës overbrengen. De dieren die het virus het meest op mensen overdragen, zijn honden, apen, vleermuizen, vossen en katten.
In Afrika, Oost-Europa, Azië, Zuid- en Midden-Amerika hebben zwerfhonden de meeste kans om hondsdolheid op mensen te verspreiden. Wanneer je op vakantie gaat naar één van deze landen, lees dan op de site van het RIVM of je je moet laten vaccineren.
De kans om de ziekte in Nederland op te lopen is erg klein. In de afgelopen 40 jaar zijn er 5 mensen aan overleden. Alle 5 werden overigens besmet in het buitenland.
Symptomen hondsdolheid
Zodra een persoon tekenen en symptomen van hondsdolheid begint te vertonen, veroorzaakt de ziekte bijna altijd de dood.
De eerste symptomen van hondsdolheid kunnen erg lijken op die van de griep en kunnen dagen duren. Symptomen die later op kunnen treden zijn:
- Koorts
- Hoofdpijn
- Misselijkheid
- Braken
- Onrustige gevoelens
- Verwarring
- Hyperactiviteit
- Moeite met slikken
- Overmatige speekselvloed
- Angst om te slikken
- Hallucinaties
- Slapeloosheid
- Gedeeltelijke verlamming
De tijd tussen besmetting en ziek worden ligt tussen de 20 tot 90 dagen.
Wanneer een arts bezoeken?
Wanneer je bent gebeten door een dier waarvan je vermoed dat het hondsdolheid heeft, zoek dan meteen medische hulp. Op basis van je verwondingen, zal de arts beslissen of je gevaccineerd moet worden.
Voorkomen van rabiës
Benader geen wilde dieren. Wilde dieren met hondsdolheid lijken misschien niet bang voor mensen. Het is echter niet normaal dat een wild dier vriendelijk is tegen mensen, dus blijf uit de buurt van dieren die niet bang zijn.
Vaccineer je huisdieren. Katten, honden en fretten kunnen worden ingeënt tegen hondsdolheid. Vraag daarom uw dierenarts hoe vaak uw huisdieren moeten worden gevaccineerd.
Bescherm kleine huisdieren tegen roofdieren. Houd konijnen en andere kleine huisdieren, zoals cavia’s, in kooien, zodat ze beschermd zijn tegen wilde dieren. Kleine huisdieren kunnen namelijk niet worden ingeënt tegen hondsdolheid.
Als je naar een land reist waar hondsdolheid veel voorkomt en u daar langere tijd zult zijn, vraag dan uw arts of u gevaccineerd moeten worden of check de website van het RIVM.