Jaarlijks krijgen een kleine 30.000 patiënten een nieuwe heup in Nederland, bijna 27.000 Nederlanders krijgen een nieuwe knie. Wanneer je orthopedisch chirurg je meegeeft dat ook jij een kunstheup of -knie nodig hebt, ben je dus allerminst een alleenstaand geval. Wat houdt zo’n operatie in? Wanneer heb je een nieuwe heup of knie nodig? We lichten het toe!
Slijtage door ouderdom
Wanneer je een nieuwe knie moet laten plaatsen, is dat omdat je knie slijtage vertoont, meestal door ouderdom. Het kniegewricht is het grootste gewricht van het lichaam en wordt dagelijks belast door wandelen, sporten en andere bewegingen. De slijtage kan zeer pijnlijke gevolgen hebben, voornamelijk wanneer het kraakbeen aangetast is. Wanneer je op consultatie gaat bij een gespecialiseerde dokter – een orthopedisch chirurg of orthopeed – kan deze beslissen om een kunstknie of knieprothese te plaatsen.
Ook een heup kan – meestal ouderdom gerelateerd – verslijten. Vaak wordt ook hier geopteerd voor een kunstheup of heupprothese wanneer de patiënt dermate gehinderd wordt door de pijn dat hij niet meer normaal kan bewegen en medicatie niet afdoende helpt.
Wat is een kunstheup of -knie?
Een kunstheup of -knie wordt doorgaans een prothese of implantaat genoemd, wat staat voor een kunstmatige vervanging van een lichaamsdeel. De meest voorkomende protheses zijn heupen en knieën, maar er bestaan voor elk gewricht – schouder, enkel, pols, elleboog… – protheses. Deze worden gemaakt uit titanium. Protheses voor heupen en knieën worden gestoken omwille van slijtage en ouderdom en vallen onder de electieve chirurgie. Ze worden ingebracht tijdens een geplande chirurgische ingreep, waar iemand bewust voor kiest na een diagnose.
Veel protheses worden geïmplanteerd na een (uiteraard niet-gepland) ongeval. Dit gebeurt door traumachirurgie en wordt uitgevoerd door een traumatoloog. Een voorbeeld hiervan is een wielrenner die valt en zijn sleutelbeen breekt. Dan wordt vrij snel na het ongeval een specifiek implantaat gestoken dat het gebroken sleutelbeen aan één vijst.
Wat houdt zo’n operatie in?
Een heupoperatie duurt ongeveer 1 uur, een knieoperatie 1,5 à 2 uur. Er wordt meer en meer geopteerd om een minimaal-invasie vorm van chirurgie toe te passen, i.e. met een minimale impact voor de patiënt. Zo wordt geprobeerd om spieren en pezen maximaal te behouden, wat er ook voor zorgt dat de patiënt na afloop van de operatie sneller revalideert. Tijdens de nabehandeling is het samenwerken met een fysiotherapeut belangrijk, die ervoor zal zorgen om knieën en heupen zo snel mogelijk weer in beweging te brengen, zodat het herstel voorspoedig verloopt.